Michel Patty (links) en Jan Lawalata op bezoek bij burgemeester Bouwmeester.
Michel Patty (links) en Jan Lawalata op bezoek bij burgemeester Bouwmeester. Marcel Koch

Burgemeester Bouwmeester erkent aangedane leed Molukkers

27 mei 2021 om 11:32 Politiek

LEUSDEN De Leusdense Molukkers Jan Lawalata en Michel Patty waren recentelijk in het Huis van Leusden te gast bij burgemeester Gerolf Bouwmeester. Naar aanleiding van een interview in de Leusder Krant, waarin beide Molukkers uitgebreid verhaalden over de onwaardige wijze waarop Molukse Knil-Militairen na de kolonisatie van Nederlands-Indië hier in 1951 waren ontvangen, had de burgemeester beiden uitgenodigd voor een gesprek. Zowel de vader van Lawalata als die van Patty dienden in de Knil (Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger).

In het ontspannen onderhoud gaf Bouwmeester – bekend met de Molukse, respectievelijk Knil geschiedenis - aan zich te scharen achter de burgemeestersoproep voor spijtbetuiging van de kille ontvangst van destijds. Bouwmeester: ,,In maart van dit jaar deden zeventien collega’s van gemeenten met veel Molukse inwoners een oproep aan de regering hun aangedane leed te erkennen en met ondersteuning over de burg te komen. Ondanks dat Leusden geen grote Molukse gemeenschap heeft, onderteken ik het manifest van harte, zodat ook onze Molukse inwoners weer verder kunnen.’’

De eerste opvang van Molukkers plaats vond ook op Leusdens grondgebied, te weten op kamp Amersfoort en kamp Waterloo

Lawalata en Patty hoorden het met instemming aan. ,,Mooi en fijn dat de burgemeester dit doet’’, aldus Lawalata. ,,Temeer ook dat de eerste opvang van de Molukkers plaats vond op Leusdens grondgebied, te weten op kamp Amersfoort en kamp Waterloo.’’ Bouwmeester: ,,Het is inderdaad bijzonder te beseffen dat beide heren met hun ouders hier zijn aangekomen. Daarmee heeft Leusden ook een plek in de geschiedenis van de Molukkers in Nederland.’’

In Leusden wonen naar schatting 35 Molukse gezinnen.

Onderstaand de burgemeestersbrief van maart jongstleden.

Zijne Excellentie Minister-president de heer M. Rutte,

Zondag 21 maart jl. publiceerden burgemeesters een brief waarin zij het nieuwe kabinet opriepen om het leed dat de Molukkers 70 jaar geleden is aangedaan te erkennen. Op die dag, 21 maart 2021, was het 70 jaar geleden dat de eerste Molukkers (voornamelijk KNIL-militairen en hun gezinnen) in Nederland aankwamen voor een tijdelijk verblijf van maximaal zes maanden.

21 maart 1951 arriveerde het eerste schip in Rotterdam. 21 juni 1951 voer het laatste schip met Molukkers de haven binnen.

Het betrof geen vluchtelingen, asielzoekers of migranten, maar loyale militairen die in het Nederlandse leger hadden gediend. Zij kwamen met hun gezinnen. De militairen hadden niet alleen gediend, maar ook gevochten uit naam van onze koningin.
Desalniettemin werd deze groep mensen niet met alle egards ontvangen in Nederland. Van een warm bad vol dankbaarheid was geen sprake. Het werd een ijskoude douche. De Molukkers werden weggestopt in kampen die kort daarvoor nog door de Duitse bezetter waren gebruikt. De strijders voor de Nederlandse belangen werden zelfs ontslagen uit het leger. Van een snelle terugkeer was helemaal geen sprake meer. Er was veel leed, onbegrip en woede. Deze littekens zijn tot op de dag van vandaag nog voelbaar in de Molukse gemeenschap. 

Wij, als burgemeesters, die zich verbonden voelen met de Molukse gemeenschap, menen dat het hoog tijd is voor een betekenisvolle stap.

Wij vragen u, als Minister-President, het bijzondere historische moment, dit jaar aan te grijpen om te erkennen dat de wijze van ontvangst en opvang destijds Nederland onwaardig is geweest en dat dit diepe sporen heeft nagelaten, tot op de dag van vandaag.

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie